Welkom bij hoofstuk 6: Niet oordelen maar vergeven

Je zal je nu reeds vrijer en veiliger voelen om je uit te drukken. Uit te drukken wat je voelt of ervaart naar jezelf of naar de ander.
Wellicht merk je ook wel dat je van tijd tot tijd oordeelt over mensen (inclusief over jezelf) of over situaties. Of dat mensen oordelen hebben over jou. Je gevoel eerlijk uitdrukken is heilzaam, oordelen uiten niet. Oordelen creëert geen verbinding maar geeft een gevoel van afscheiding. Ook verkramping en zaken als schuld hebben te maken met oordelen.

Wat er in mijn leven ook opduikt, het is een spiegel van iets in mezelf. Blijkbaar is dat ‘iets’ niet erg gewaardeerd in mezelf en duw ik het liever weg. En dan kom ik het gewoon buiten mezelf tegen. Ik heb er een hekel aan, ik veroordeel het. En zo kan ik een tijdje, een heel leven zelfs, doorgaan met veroordelen van allemaal delen van mezelf die ik afwijs en telkens in andere vermommingen tegenkom.
Stel je voor dat je stiekem heel erg graag in de spotlights zou willen staan maar dat je dat niet in jezelf wil toelaten, je hebt het verdrongen. De kans is groot dat je dan ‘toevallig’ iemand op je pad zal tegenkomen die veel aandacht trekt, en er nog van geniet ook!
Wellicht bestempel je deze persoon als arrogant. Maar eigenlijk zegt het niets over de ander, wel over wat je in jezelf niet aanvaardt.
En zo zal alles wat je niet echt verwelkomt in jezelf, opduiken als een ‘te veroordelen deel van de ander’. Gemakkelijk ook, het is lekker buiten jezelf, je voelt je meteen beter, anders dan die ander. Je kan opnieuw afstand nemen van datgene wat je in jezelf op deze wijze niet hoeft te verwelkomen. Alleen, voel je je echt beter?

Hoe meer je van jezelf veroordeelt en niet wilt voelen, hoe meer externe elementen van irritatie in je leven zullen opduiken. Hoe je er ook tegen zal vechten, je zal steeds verder in afscheiding en eenzaamheid belanden.

Wat te doen bij oordelen:

Stel je voor, je wandelt op straat en kijkt naar iemand die langs komt huppelen en zonder dat je het door hebt spreekt er spontaan een veroordelende stem in je die zegt ‘wat een blij ei, doe eens normaal!’. Hoe ga je hier mee om? Laten we samen de stappen doorlopen. 

1. Vaststellen: 
“Ah, daar doe ik het weer, interessant .. ik zie dat ik zonet iemand veroordeeld heb, wat een interessante gewaarwording!”  (Belangrijk hier is jezelf niet te veroordelen omdat je geoordeeld hebt, stel gewoon vast dat het gebeurde, kijk er met onschuld naar)

2. Zelfreflectie:

Wat zegt dit over mezelf? Wanneer heb ik zelf zo gehandeld? Draag ik zelf ook niet in me, datgene wat ik net bij de ander veroordeelde? Of is dit iets wat ik in mezelf niet toesta?

3. Zelfvergeving:

Kan ik mezelf hiervoor vergeven? Kan ik met een glimlach naar mezelf kijken en zeggen “het is oké, helemaal oké, ik ben oké, helemaal oké, ik laat het nu los”.


4. Omkeren:

  • Ik ben benieuwd of ik een andere keuze kan maken?
  • Ik kijk opnieuw naar de ander maar nu niet langer reactief maar met liefdevolle verwelkoming en compassie. “Ik veroordeel je niet! ”
  • “Ik omarm je, je bent helemaal oké”  (ogenschijnlijk) anders maar daarom niet beter of slechter, gewoon anders.
  • Ik bevrijd jou van mijn oordeel zodat jij in vrijheid jezelf kan zijn (en voel dit ook in je hart!)

Zelfvergeving:

Vergeving is met andere woorden de keuze maken de ander vrij te zetten van de percepties die je op hen hebt geprojecteerd. Je kan de andere alleen maar vrij zetten als je ook jezelf hiervan vrij zet. Zonder vergeving zal je zwaarte, spanning en afscheiding ervaren. Het resultaat is een gebrek aan veiligheid. Je leeft in veroordeling en dus ook met schuldgevoelens (bewust of onbewust!).

Jezelf vergeven is jezelf vrijzetten. Door jezelf helemaal te omarmen zal je zien dat je de wereld in vrijheid zal kunnen omarmen. Je innerlijke en uiterlijke relaties zullen ontspannen, liefdevol voelen.

Loop je vast?